
Lijfelijk contact
Lichamelijke aanraking staat voor mij op één als het gaat over de partnerrelatie.
Je ontmoet elkaar niet als lijf, maar als geliefden, als mens met alles erop en eraan.
Je verstaat elkaar met en zonder woorden. Nu je partner parkinson heeft vraagt het bieden van hulp precieze afstemming. Qua fysieke kracht zijn Tom en ik niet meer gelijk en tegelijk zijn en blijven we als mens volstrekt evenwaardig. Dit vraagt van mij om actief een appèl op Tom te doen voor samenwerking. Afgelopen week was bij hem na een volle dag alle energie op en kon hij niet meer op zijn benen staan. Hij liet zichzelf letterlijk door zijn benen zakken en lag rustig op de keukenvloer. Ik schrik op vanwege het geluid en snelde toe. Dan helpt het absoluuut niet om te trekken, tillen of sjorren. Eenmaal geconstateerd dat er niets ernstigs aan de hand was hebben we samen rustig overlegd over de aanpak. Eerst heb ik Tom op een kruk geholpen en toen kwam hij langzaam met mijn ruggesteun en via zijn optrekken aan de wasbak weer overeind. Stapvoets naar zijn stoel begeleid en toen ging het weer. Hè hè, ...
Samenwerking
De kunst is dat het voor mij als helper niet te zwaar wordt en dat mijn assistentie voor Tom zo prettig mogelijk verloopt. Als hij me vraagt te helpen en onze samenwerking niet lekker loopt roept dat angst op. Zijn lichaam reageert dan instinctief met één van de drie overlevingsreacties:
- Flight voelt als spierverslapping, de patiënt trekt zich hulpeloos terug.
- Fight voelt als krachtig verzet tegen de benadering. De ander beweegt met overspannen spieren fysiek en gevoelsmatig van je af.
- Freeze voelt als verstarring, de spieren verstijven. Dit wordt ook wel een ‘opgeef-reflex’ genoemd.
Als dit wel eens gebeurt voelt dit voor ons allebei vervelend en al snel volgt de wetenschap: het is niet anders. Zo’n lastige situatie komen we weer te boven door in contact te blijven, elkaar vast te houden. Steeds blijkt dat de beste remedie. Samenzijn met de onhandigheid zonder meteen iets te moeten doen. Stilletjes elkaar nabij wachten we af en vroeg of laat komt wel een passende oplossing. Gisteren hingen we zo onhandig samen en Tom komt met een van zijn flauwe taalgrappen waardoor ik onbedaarlijk in de lach schiet en de spanning oplost.
En weer doorrrrr.
En dan gaan we weer gewoon door. Steeds wennen aan het nieuwe gewoon waarin der parkinson sprongsgewijs nadrukkelijker aanwezig is. Hierbij denk ik aan de ‘Gulden regel’ die de meesten wel kennen: ‘Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet’. Deze regel gaat uit van iemands eigen behoeften. ‘Ik houd niet van pannenkoek dat zul jij die ook wel niet lusten’ is een aanname. We eten nasi als het aan hem ligt ook om mij blij te maken. Nu de zogenoemde ‘Platina regel’: ‘Behandel de ander zoals hij wil dat je hem behandelt’. Dat is andere koek en vraagt erom je in te leven in de ander en je eigen behoeften op het tweede plan te zetten. En nog beter… om te vragen
- Waar heb je behoefte aan?
- Hoe kan ik je helpen?
- Waar heb je zin in?
Om dan als helper daar gevolg aan te geven. Of als dat jou niet past vriendelijk je grens aan te geven. Je hoeft jezelf niet op te offeren, daar is niemand bij gebaat. Bij grote en kleine keuzes draait het voor mij steeds om vrijheid in verbinding.
Subtiel aftasten
Een hartelijk gebaar zoals een uitnodigende hand brengt spontaan een ontmoeting tot stand. De ander reikt uit nog voordat hij erover nagedacht heeft. Je kunt de ander zonder te moeten of te eisen zo benaderen dat hij moeiteloos meewerkt. Tom vraagt bijvoorbeeld hulp bij het opstaan. Ik help hem dan, door in mijn eigen lichaam de beweging van opstaan te maken. Bij het opstaan haalt Tom eerst zijn voeten dichterbij, dan kantelt hij het bovenlichaam naar voren tot het gewicht boven zijn voeten is. Vanuit die houding staat hij vrij gemakkelijk op. Opstaan is dus eerst een beweging naar voren en dan omhoog. Een afgestemd tempo is belangrijk. Ga je te snel, dan ben je voor de ander uit. Als je niet oppast ga je dan weer trekken, wat weerstand oproept. Daar zou ikzelf ook een hekel aan hebben. Ga je als hulp te langzaam, dan mis je het 'momentum'. Je onderschat je partner waardoor de kans groot is dat hij niet van de zitting loskomt. De grootte van je eigen beweging moet ook aansluiten. Hoever wil Tom naar voren? Wanneer komt het omslagpunt waarbij hij het gemakkelijkst omhoog beweegt? Dit alles vraagt erom heel subtiel af te tasten. De manier waarop je de patiënt aanraakt tijdens het helpen met aankleden of bij het opstaan heeft direct effect op zijn spierspanning. En wist je dat je door jouw eigen beweging de ander echt helpt of juist tegenhoudt?
Samen meer Jezelf
(ith)
Haptotherapie
Tot mijn 69ste had ik jarenlang een praktijk voor haptotherapie. Mijn kennis en ervaring deel ik ook in dit blogboek voor zover dit aansluit bij de vragen: Hoe blijf ik als partner vitaal nu mijn Parkinson heeft? En Hoe houd ik onze liefde stromend nu mijn man wordt geconfronteerd met Parkinson? Vandaar dat ik wat meer toelicht op dit prachtige vak waar ik mijn hart aan heb verpand. Haptonomie is de leer van het gevoelsleven en haptotherapie de therapeutische toepassing daarvan. Het beroep haptotherapeut vindt zijn oorsprong in de jaren vijftig toen Frans Veldman (1921-2010) de leer van de haptonomie ontwikkelde. Affectieve bevestiging vormt een centraal begrip in de haptonomie. Als je met affectie, ofwel met liefdevolle aandacht, de ander benadert en uitnodigt ontstaat wederkerig contact. Zo’n ontmoeting brengt lijfelijke versoepeling gepaard met emotionele verzachting. Voor mij persoonlijk speelt een paradox die ik als pijnlijk of op zijn minst als wonderlijk ervaar. Mijn vak haptotherapie is erop gericht mensen te helpen om meer ruimte, warmte, zachtheid en souplesse te krijgen. Door Parkinson wordt Tom zijn lijf juist strakker, stijver en stroever. Een serieuze vraag voor zingeving op mijn levenspad. Wat komt de ziekte van Tom mij vertellen? De tijd zal het leren. Een les is voor mij al duidelijk. Laatst ontmoette ik een begeleider van een groep mantelzorgers. Door de jaren heen komt steeds dezelfde vraag terug zei hij: ‘Hoe stel ik op tijd gezonde grenzen’?
Affectieve bevestiging
De verbale communicatie tussen Tom en mij neemt gestaag af. Door de ziekte is het voor Tom lastiger om een gesprek te beginnen. Hij komt gewoonweg niet op het idee. Daarentegen is er dagelijks en volop non-verbale communicatie. Tom heeft zachte warme handen waarmee hij me dwars door alles heen weet te raken. Een haptonoom avant la lettre. Hoe bijzonder is het dat ik in onze verkeringstijd het boek ‘Bevestigend Samenleven’ in Tom zijn boekenkast vond. Een gunstige voorbode. Dit boek is samengesteld voor psychiater Dr. Anna Terruwe bij haar 75ste verjaardag. Zij houdt een krachtig pleidooi voor jezelf mogen zijn, op je eigen manier en op je eigen tijd. En in dit boek staat onder meer een tekst van Frans Veldman sr., de grondlegger van de haptonomie, over het belang van affectieve bevestiging. Affectieve bevestiging, superbelangrijk bij onderling contact. Toch is het een term die meestal niet in het dagelijks woordgebruik voorkomt. Affectieve bevestiging, vaak zonder woorden, ervaar je als je voelt dat jouw eigenheid er helemaal mag zijn. Dat je niets speciaals hoeft te doen om goed of goed genoeg te zijn. Dat je ook in gezelschap jezelf kunt zijn. Ofwel, zoals de slogan van de haptonomie-opleiding in Nijmegen luidt: ‘Samen meer jezelf’.
Reactie plaatsen
Reacties